Samen met Fleur Vrouenraets van Koninklijke Visio vertelt Myran Gast op het OVN-congres meer over het LVRS. Op dat spreekuur komen door de oogarts verwezen patiënten die, ondanks hun bril of contactlenzen op optimale sterkte, niet meer goed kunnen zien. De low vision-specialist bekijkt op het spreekuur of er met andere hulpmiddelen dan een gewone bril of contactlenzen verbetering van het zicht mogelijk is. Met bijzondere optische hulpmiddelen is het zicht voor zowel dichtbij als veraf vaak te verbeteren, waardoor de patiënt zelfredzamer wordt en blijft.
Gestart als pilot
Het LVRS is een samenwerkingsverband tussen bij NUVO aangesloten low vision-specialisten (waaronder Ergra Low Vision en Elvea) en bij VIVIS aangesloten revalidatie-instellingen Visio en Bartiméus. Het spreekuur vindt plaats op de polikliniek oogheelkunde en werkt in het verlengde van de oogarts. In 2016 werd het LVRS als pilot opgezet om te kijken of de zorg die low vision-specialisten van NUVO en de VIVIS-revalidatie-instellingen leveren, gezamenlijk aan patiënten aangeboden kon worden.
Optische hulpmiddelen
Het spreekuur begint met een gesprek en een low vision-onderzoek door de low vision-specialist. Hierbij wordt gekeken of hulpmiddelen het zicht van de patiënt kunnen verbeteren. Daarna gaat de patiënt in gesprek met een adviesmedewerker van een VIVIS-revalidatie-instelling. Myran: ‘De patiënt wordt hierbij geïnformeerd over de opties voor revalidatie en zelfzorg.’
Sinds de samenwerking tussen de zorgprofessionals van NUVO en VIVIS in 2016 begon, is het spreekuur flink geoptimaliseerd. ‘We weten nu bijvoorbeeld dat we eerst moeten kijken wat iemand met hulpmiddelen kan bereiken. Een patiënt begint bij de low vision-specialist die daar alles van weet en kan uitleggen wat op dat moment het maximaal haalbare is met bijzondere optische hulpmiddelen. Daarna volgt het gesprek over revalidatie en zelfzorgmogelijkheden.’
Gemiste kans
Myran vertelt dat patiënten nog te vaak pas via grote omwegen op het spreekuur terechtkomen. ‘Had ik dit maar eerder geweten’, is een uitspraak die men er geregeld hoort. ‘Om de patiënt heen heb je de optometrist in de optiekzaak, de optometrist in het ziekenhuis, de oogarts en de huisarts. Bij de oogarts komt alles samen. Die moet de hulpvragen bundelen en kan een patiënt doorverwijzen naar dit spreekuur. Als een patiënt niet verwezen wordt naar de oogarts – die de patiënt vervolgens kan doorverwijzen naar dit speciale spreekuur – is dat een gemiste kans voor de patiënt, die dan onbedoeld onbehandeld thuis blijft zitten.’ De optometristen die níet in het low vision werkveld zitten, zijn niet altijd op de hoogte van dit spreekuur. ‘Wij willen onze collega’s bewust maken van de route die de slechtziende kan bewandelen voor de juiste zorg. Het LVRS geeft oplossingen op maat. Verwijzing naar de oogarts is voldoende.
Verschil maken
Myran vindt dat in ieder geval iedereen met een chronische of progressieve oogziekte die, ondanks een bril of contactlenzen op optimale sterkte, niet meer goed kan zien op het spreekuur geattendeerd moet worden. ‘Optometristen spelen hierin een sleutelrol: zij kunnen patiënten hierop wijzen. Door patiënten naar de juiste zorg te begeleiden, kunnen zij echt het verschil maken in de kwaliteit van leven van de patiënt.’
Artikel van deoptometrist.nu